• Nieuws
  • Houding tegenover (ex-)psychiatrische patiënten is niet verbeterd

Houding tegenover (ex-)psychiatrische patiënten is niet verbeterd

Uit NEMESIS-2, de Nederlandse studie naar psychische aandoeningen in de volwassen bevolking van het Trimbos-instituut, blijkt dat zeventig procent van de Nederlandse respondenten geen bezwaar heeft een (ex-)psychiatrische patiënt als buurman, vriend of collega te hebben. 

De bereidheid om een (ex-)psychiatrische patiënt in de privésfeer te accepteren, bijvoorbeeld als schoonzoon of babysitter, was echter een stuk geringer. Maar een kleine dertig procent uitte geen bezwaar. Voor dit onderzoek is uitgegaan van een representatieve steekproef van 6646 personen.

Geen verbetering in afgelopen decennia 

Het Trimbos-instituut deed onderzoek naar de houding van volwassen Nederlanders tegenover (ex-)psychiatrische patiënten, of deze houding bij bepaalde groepen negatiever is, en in hoeverre deze houding is veranderd in de afgelopen decennia. De houding van Nederlanders ten opzichte van (ex-)psychiatrische patiënten is op een vergelijkbare manier in eerdere studies gemeten, namelijk in 1976, 1987 en 1997. Een vergelijking met resultaten uit NEMESIS-2 laat zien dat sinds 1987 de bereidheid om (ex-)psychiatrische patiënten in het eigen leven toe te laten niet sterk is verbeterd.

Inkomen, opleiding en leeftijd bepalen mee de afwijzing.

25-34 jarigen, lager opgeleiden, lagere inkomensgroepen en mensen met een niet-Westerse etnische afkomst stonden het meest afwijzend tegenover (ex-)psychiatrische patiënten.

Conclusie

Net als in de voorafgaande decennia staan de meeste Nederlanders niet afwijzend tegenover (ex-)psychiatrische patiënten, maar zijn zij wel terughoudend om hen in de privésfeer toe te laten. Dit pleit ervoor om in Nederland effectieve, op bepaalde groepen gerichte, antistigma programma"s op lokale schaal uit te voeren, om de maatschappelijke participatie van mensen met psychische aandoeningen te bevorderen.

(Bron: Trimbos-instituut)

België

In ons land is in 2010 een vergelijkbaar onderzoek uitgevoerd met vergelijkbare resultaten. Ook Belgen staan niet zo afwijzend tegenover mensen met een psychische aandoening, en zijn evenzeer terughoudend om hen in de privésfeer toe te laten.

Een greep uit de overige resultaten:

  • Ongeveer 80% van de ondervraagden was bereid om iemand met een psychische aandoening als buur te hebben.
  • Zes op de tien zou iemand met een psychische aandoening niet laten trouwen met een familielid
  • Minder dan een vierde zou iemand met een psychische aandoening als babysit toelaten
  • Een derde zou iemand met psychische problemen niet aanvaarden als vriend
  • Bijna de helft van de mensen vindt iemand met psychische problemen niet zo betrouwbaar
  • Een op vijf van de werkgevers zou iemand met psychische problemen niet aanvaarden, zelfs al zou die bekwaam voor de job zijn
  • Een op tien van de mensen vindt mensen met psychische problemen niet even intelligent als mensen zonder deze problemen.
  • Meer dan de helft vindt dat mensen met een psychose of depressie geen les zouden mogen geven aan kinderen of een leidinggevende positie zou kunnen bekleden op het werk
  • De helft tot een derde vindt dat mensen met een psychose of depressie geen openbare functie zouden mogen bekleden
  • En een op acht vindt dat iemand met een depressie geen kinderen zou mogen hebben. Als het gaat over iemand met een psychose dan is een op vier van deze mening.

(Bron: link)

Er is nog een lange weg te gaan voor campagnes als Geestelijk Gezond Vlaanderen en Te Gek!?... Met deze campagnes streven we naar meer participatie en deelname van mensen met een psychische aandoening aan het maatschappelijk leven. Volg ook wat in het Vlaams Herstelplatform gebeurt.

Leestips uit onze bibliotheek:

Terug