• Nieuws
  • Interview met kinderrechtencommissaris Caroline Vrijens

Interview met kinderrechtencommissaris Caroline Vrijens

'Kinderen willen écht gehoord worden'

Sinds 1 augustus staat Caroline Vrijens aan het roer van het Vlaamse Kinderrechtencommissariaat. De leidraad van het Kinderrechtencommissariaat het Kinderrechtenverdrag  viert in 2019 zijn 30ste verjaardag. De 1200 klachten die het commissariaat jaarlijks behandelt, hebben vaak indirect een link met geestelijke gezondheid omdat het welbevinden van kinderen in gevaar komt. Caroline Vrijens vindt dat we meer en beter naar jongeren moeten luisteren.

- Iedereen heeft wel al gehoord van het kinderrechtencommissariaat, maar wat doen jullie precies?

Officieel waak ik erover dat België het kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties naleeft. Dat klinkt erg abstract, maar in de praktijk komt het erop neer dat we de stem van de jongeren luider willen laten klinken. Dat is nodig, omdat het welzijn van jongeren vaak afhangt van volwassenen. Het Kinderrechtencommissariaat wil er mee voor zorgen dat er niet over hun hoofden gesproken wordt. Jongeren hebben recht op inspraak. Ook in onze klachtenbehandeling krijgt het perspectief en de kijk van de jongere zelf een belangrijke plek. We zoeken samen met alle betrokkenen concrete oplossingen. We hebben een positieve benadering en brengen iedereen samen aan tafel. In 2019 bestaat het kinderrechtenverdrag, onze kapstok, precies 30 jaar. "Kinderen willen écht gehoord worden" is niet toevallig de titel van ons jaarverslag.

- Op jaarbasis ontvangt het kinderrechtencommissariaat ruim 1200 klachten. Gaan die ook over geestelijke gezondheid?

Sommige klachten gaan over de toegang tot geestelijke gezondheid. Denk aan vechtscheidingen waar een therapeut of een van beide ouders ons contacteert omdat het kind therapie nodig heeft maar de andere ouder niet instemt. Of algemener aan de wachtlijsten waar ook jongeren en hun ouders op botsen in de GGZ en kinderpsychiatrie.  
Andere klachten raken indirect aan geestelijke gezondheid in die zin dat het mentaal welbevinden van kinderen onder druk komt te staan. Zo voelen veel jongeren zich niet goed in hun vel als ze gepest worden. Ook sancties op school geven kopzorgen. Of jongeren bewust bezig zijn met hun geestelijke gezondheid? Dat denk ik wel. Uit het Grote Prioriteitendebat van de Vlaamse Jeugdraad blijkt dat geestelijke gezondheid in de top 5 staat. Organisaties als de CLB"s, Awel, TEJO en OverKop zijn overbevraagd. Het bewustzijn is in elk geval erg groot, zie maar naar het succes van Rode Neuzen.

- Met welke concrete vragen zitten jongeren?

Pesten of geweld op school komen vaak terug. Veel jongeren voelen zich ook niet gehoord: ze vinden dat er onvoldoende aandacht is voor hun kijk en ervaringen. De druk die jongeren ervaren is enorm, zowel op school als thuis. Je moét mooie cijfers halen, je moét goed voetballen, '¦ Jongeren voelen dat ze van alles moéten, al willen ze natuurlijk ook zelf van alles en nog wat. En dat zorgt voor stress en spanningen. Kinderen die niet goed meekunnen voelen zich vaak niet thuis in een groep.

- Durven jongeren hun problemen met anderen bespreken? Of is er ook bij deze generatie nog altijd een taboe?

Ik hoop in elk geval dat ze er samen wél over praten.
De Rode Neuzen actie sinds 2015 doorbreekt het taboe wat heel belangrijk is.  Tegelijk toont deze actie ook dat jongeren wel degelijk bezig zijn met hun geestelijke gezondheid. Jongeren maar ook volwassenen scharen zich massaal achter het initiatief. Praten is het begin van een oplossing. Je probleem delen met iemand anders, werkt helend, ook al heeft die ander niet meteen een pasklaar antwoord. Een praatje met een leeftijdsgenoot of leerkracht kan wonderen doen. Het probleem wordt dan iets minder groot.

- Welke rol spelen de sociale media daarbij? Werken ze polariserend of verbindend?

De twee. Voor jongeren die het moeilijk hebben om persoonlijk contact aan te gaan kan het een prima middel zijn om lotgenoten te vinden, zich te herkennen in verhalen van anderen of steun te krijgen.  Digitale media zijn een kracht, maar ze hebben ook een keerzijde, denk maar aan sexting of cyberpesten.  Zaak is van er verstandig mee om te gaan. Het is ook aan de scholen om daaraan te werken. We moeten inzetten op mediawijsheid en jongeren wijzen op de gevolgen van digitaal misbruik. Het heeft te maken met bewustzijn: je kan er heel veel leed mee voorkomen.

- Welke rol kunnen scholen spelen op het vlak van geestelijke gezondheid?

Men is er in elk geval mee bezig, zo veel is zeker. Alleen is er nog werk aan de winkel. Ik denk dat je in de eerste plaats problemen moet bespreekbaar helpen maken ook op een creatieve manier. Waarom zou je het in de Engelse les niet kunnen hebben over pesten of annorexia, bijvoorbeeld? We hebben een vraag gekregen van een meisje dat soms oncontroleerbare bewegingen maakt door een hersenaandoening. Ze kreeg soms ongepaste opmerkingen en voelde zich daar niet zo goed bij. De ouders en de leerkracht hebben besloten het uit de taboesfeer te halen. Het meisje heeft een spreekbeurt gegeven over haar aandoening. Ze was heel openhartig over haar beperking en zegde wat het met haar gedaan heeft. Dat heeft voor veel begrip gezorgd bij anderen. Geestelijke gezondheid moet een thema worden op school. Kinderen en jongeren moeten niet alleen kennis opdoen en vaardigheden leren, ze moeten zich ook goed voelen. Wie zich niet goed voelt, kan niet bijleren.

- Wat is de rol van een leraar?

De leerkracht staat het dichtst bij de leerlingen en brengt er ook het meeste tijd mee door. Leerkrachten zijn daardoor goed geplaatst om vroeg te zien waar het fout loopt. Ze kunnen leerlingen aanspreken als ze merken dat het niet goed met ze gaat en luisteren. Als nodig kunnen ze de leerling doorverwijzen naar andere personen op school of externe diensten. Als het heel ernstig is kunnen ze aan de alarmbel trekken.

- Wat vindt u van Take Off, het lessenpakket over geestelijke gezondheid?

We zijn het lessenpakket heel erg genegen. Ik denk dat het kan helpen om signalen goed te detecteren. Zodat je als leerkracht makkelijker jongeren kan herkennen die het moeilijk hebben. Leerlingen met problemen zonderen zich af, uiten zich anders, hebben een bepaalde lichaamshouding,'¦ Een jongere gedraagt zich niet zomaar agressief. Vaak schuilt daar een onderliggende problematiek onder. We gaan er te vaak van uit dat jongeren het rechtuit zeggen wanneer er iets aan de hand is, maar dat is niet zo. Er moet meer gekeken worden naar het kind achter het gedrag.

- Slotvraag: heb je nog tips voor scholen?

Grijp niet meteen naar sancties maar houd de dialoog open. Anders escaleert het alleen maar. We mogen jongeren niet aan hun lot overlaten, iemand uitsluiten is de allerlaatste sanctie. Onderwijs is een basisrecht.

Terug