• Nieuws
  • Leestip: Een stempel op je voorhoofd

Leestip: Een stempel op je voorhoofd

Hoewel psychische problemen sterk in opmars zijn, zoeken 2 op de 3 mensen die ermee kampen geen hulp. Vooral angst voor negatieve reacties en discriminatie houdt hen tegen.

Mentale gezondheidsproblemen nemen toe, ook in België. Steeds meer Belgen blijven afwezig op het werk door een psychische ziekte, volgens recente cijfers van het Riziv. Waren in 2007 dik 74.000 werknemers langer dan een jaar 'out', dan groeide dat aantal in 2012 aan tot bijna 93.000, of een stijging van liefst 25%.

Angst blokkeert

Dat is nog maar het topje van de ijsberg, stelt Jan Van Speybroeck, directeur van de Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid (VVGG). "Zet je willekeurig 4 Belgen rond een tafel, dan zal gemiddeld 1 van hen in zijn leven ooit geconfronteer worden met een ernstig geestelijk gezondheidsprobleem. Zestig procent houdt die problemen stil en zoekt geen hulp, nog in de onmiddellijke omgeving, nnoh bij professionele hulpverleners. Vaak uit angst voor negatieve reacties, stigmatisering en discriminatie. Je hoort het vaak: zit je thuis na een operatie, dan komen er volop telefoontjes en kaartjes van collega's. Ben je met ziekteverlof door een depressie of burn-out, dan blijft het pijnlijk stil. Een jammere zaak, want veel onderzoeken tonen aan dat mensen zonder de steun van hun omgeving -familie, vrienden, collega's- minder snel herstellen. Daarom is het belangrijk dat we er met zijn allen wat normaler over gaan doen. Psychische problemen zijn geen 'ziekte van de hersenen' maar meestal begrijpelijke, menselijke reacties op specifieke situaties. En naar die reacties kunnen we luisteren, bij voorkeur met zo weinig mogelijk vooroordelen."

Gordijnen dicht

Waarom er zo'n taboe rust op psychisch leed én op hulp inroepen als het mentaal niet meer gaat, is al jaren een van de onderzoeksdomeinen van de Gentse socioloog Piet Bracke (UGent) en zijn collega's. Een van hun conclusies: psychische problemen worden nog altijd omringd door talloze misvattingen en achterhaalde ideeën. Dus lijden we liever in stilte en trekken we de gordijnen liever dicht dan een luisterend oor te zoeken en eventueel de stap naar hulp te zetten.

Professor Piet Bracke: "Veel mensen met psychische problemen of stoornissen merken dat ze onterecht worden behandeld als zwak, onbetrouwbaar, onberekenbaar, emotioneel onstabiel, zelfs potentieel gevaarlijk. Dat is niet alleen zo in België, het is een globaal fenomeen, bleek uit een recente internationale studie waaraan we hebben meegewerkt. De stereotypen en vooroordelen zitten erg diep en zijn wijdverbreid. Om een voorbeeld te geven: Belgen hebben liever een allochtoon als buur of collega dan iemand met psychische problemen."

In onder meer Oost-Europa zijn de negatieve stereotypen zelfs nog erger. Bracke: "Als we even teruggaan in de geschiedenis, zien we dat mensen met psychische problemen heel lang bestempeld werden als gestoorden of gekken, zeker met de opkomst van het rationalisme. Ze werden geïsoleerd in psychiatrische instellingen, vaak ver van de 'normale' wereld. Daardoor werd de kloof -ook letterlijk- nog groter en konden de vooroordelen welig tieren. Pas later ontstond de echte professionele hulp en daarmee een echte categorie van 'psychisch gestoorden' die vanuit het biomedisch model werden behandeld: hun psychisch lijden werd steevast beschouwd als een weerspiegeling van een onderliggende lichamelijke stoornis, wat slechts in een klein aantal gevallen ook zo is. Door dat alles samen, plus de vaak sensationele manier waarop de media mensen met psychische en psychiatrische klachten opvoeren, blijven helaas een hoop stereotypen overeind."

Dubbele last

Al die vooroordelen en misvattingen fungeren ook vandaag als een extra barrière in de zoektocht naar adequate hulp. Zetten mensen wél de stap, dan hebben ze daar na hun herstel dikwijls spijt van. Piet Bracke: "Als gevoelg van die stigmatisering torsen ze een dubbele last: ze moeten niet alleen hun psychische problemen te boven komen, maar moeten ook nog eens leren omgaan met het negatieve etiket opgekleefd krijgen. Want wie hulp zoekt, wordt door de maatschappij nog meer op een afstand gehouden en neemt die negatieve stereotypen op in zijn of haar zelfbeeld. Onderzoek toont aan dat de impact van stigmatisering zelfs groter kan zijn dan de aandoening zelf."

Ook de therapeutische relatie tussen patiënt enerzijds en arts of hulpverlener anderzijds bevordert mee de stereotypering van 'afhankelijk', 'onvoorspelbaar', en 'moeilijk herstelbaar'. "Met alle gevolgen van dien voor verschillende aspecten van de levenskwaliteit. Stigmatisering en ook discriminatie -bijvoorbeeld op de arbeids- en huizenmarkt- worden een dagelijkse bron van zorg en vormen vaak ene obstakel voor maatschappelijke participatie. Angst voor sociale verwerping is een van de redenen waarom hulp zoeken vaak vermeden of zo lang mogelijk uitgesteld wordt, en dat is natuurlijk erg jammer."

Gemeenschapsgericht

Met bewustmakingscampagnes de kennis en beeldvorming over geestelijke gezondheidsproblemen verbeteren -en zo een attitudewijziging bewerkstelligen- is een goede eerste stap naar destigmatisering, zegt Piet Bracke. "Maar het echt zware stigma berust niet op mensen die door omstandigheden psychisch lijden en bijvoorbeeld een depressie of burn-out doormaken, maar op wie effectief ondersteuning zoekt in de residentiële psychiatrie. Het negatieve beeld straalt ook af op de zorgverstrekkers. Cliënten ervaren in bepaalde residentiële settings meer sociale verwerping en zelfverwerping, zeker als de behandeling focust op hun psychische moeilijkheden en niet op bijvoorbeeld hun capaciteiten en competenties. Dat bezorgt hen veelal nog een extra 'klop'. Het lijkt mij daarom goed om de geestelijke gezondheidszorg verder uit te bouwen tot een meer gemeenschapsgerichte zorgverstrekking, waarbij verschillende hulpverleningsinstanties samenwerken. Door die maatschappelijke participatie gaan mensen met psychische problemen zich weer nuttig en betekenisvol voelen, en verminderen of verdwijnen hopelijk ooit de stigma's die ze nu altijd met zich meedragen.

Een luisterend oor

Mensen met psychische problemen worden nog al te vaak niet begrepen en in een hokje geduwd. Net daarom houdt 60% zijn problemen stil. Met www.ooitalzogereageerd.be lanceerde de VVGG een nieuwe website vol tips over hoe je een positief gesprek kunt aangaan.

  • Word niet kwaad of wanhopig en zeg niet 'Stop met dat zelfmedelijden'. Wie het psychisch lastig heeft en de moedige stap zet om daarover te praten, zoekt heus geen medelijden of aandacht, maar steun en begrip. Blijf dus rustig, dat helpt ook de ander om rustig te worden.
  • Nog zo'n dooddoener: 'Ik weet perfect hoe jij je voelt', gevolgd door je eigen verhaal. Iemand met psychisch lijden zit niet te wachten op jouw ervaringen of adviezen, zeker niet als die niet genoeg aansluiten bij zijn of haar gevoelens. Leg gemeende empathie aan de dag, stel vragen en probeer er gewoon te zijn.
  • Goed dat je de ander met een 'Maak je geen zorgen, het gaat wel over' probeert gerust te stellen. Maar of dat wel zo is, weet je natuurlijk niet. Soms is professionele hulp aangewezen. Vraag daarom wat jij kunt doen en hoe je kunt helpen.
  • 'Het is allemaal zo erg niet' is wellicht de grootste dooddoener. Wie kampt met psychische problemen, beschouwt ze wél als erg en heeft dus niets aan deze boodschap. Door te minimaliseren, geef je de ander het gevoel dat hij fout is of overdrijft en dat kan niet de bedoeling zijn. Luister, probeer te begrijpen en vraag of je iets kunt doen om het allemaal wat draaglijker te maken.

Bron: Bodytalk, februari 2014, Caroline De Ruyck

Terug